Hals: Toets

Toets voorbereiden

Toets vlakken

De "plank" wordt eerst aan 1 kant vlak gemaakt (het hout is ruw gezaagd en getordeerd).

Daarna wordt de andere kant bewerkt, en de toets op dikte gemaakt: ¼ inch, oftewel 6.5mm.

Hierna worden de zijkanten recht en haaks geschaafd, om goed in mijn 'sleuvenmal' te passen. (zie hulpmiddelen)

Fretsleuven zagen

De fretsleuven worden 0.55mm breed en 2.5mm diep. Deze 2.5mm is meer dan nodig is, maar na het aanbrengen van de radius (waarbij aan de randen ca. 0.7mm materiaal wordt verwijderd) blijft er net genoeg diepte over.

Buirenmaten aftekenen

Nadat de fretsleuven gezaagd zijn, wordt de toets op maat gemaakt: hartlijn trekken, aan beide zijden de halve breedte aftekenen, overtollig hout wegzagen, en daarna glad schaven op de futselplank.

positiestippen aftekenen

Nu kunnen de gaten voor de positiestippen worden geboord en de stippen worden ingelijmd. Deze zijn gemaakt van abalone, zijn 2mm dik en hebben een diameter van 7mm. Deze bewerking kan beter nu plaatsvinden dan nadat de toets klaar is: de stippen worden zo meegeschuurd bij het afronden. De 2 stippen op positie 12 komen iets onder het oppervlak, omdat door het ronden van de toets het houtoppervlak nog zakt. De lay-out is hetzelfde als die van Fender bassen.

Toets lijmen

Pennetjes tegen verschuiven

Om te voorkomen dat de toets verschuift tijdens het lijmen, worden 4 gaatjes geboord (in de fretsleuven, zodat ze later verdwijnen) waarin heel strak 4 pennetjes passen (spijkertjes waarvan de punten en koppen zijn afgeknipt). Een paar mm boven de toets laten uitsteken, zodat er houvast is voor het uittrekken na het lijmen.

Niet vergeten de 5mm voor de topkam vrij te laten!

Lijmen langs dikke balk

Om te zorgen dat de hals echt recht is tijdens het lijmen, wordt een dikke balk volkomen recht geschaafd. Deze balk komt tussen de lijmtangen en de toets. In deze balk moeten 4 gaatjes komen waarin de 4 spijkertjes vallen.

Hals afwerken

Afwerken met spookschaaf

 

 

 

 

Met beitel en spookschaaf wordt het stuk hals dat nog niet bewerkt is, in model gebracht: het stuk tussen de frets 1 en 12 wordt 'doorgetrokken'. Regelmatig controleren met een lineaaltje. Als de vorm bijna bereikt is, wordt verder afgewerkt met schuurlinnen, waarmee de vorm vloeiend wordt gemaakt. De richting waarin de spookschaaf gebruikt wordt is bij deze houtsoort (mahonie) heel belangrijk, en varieert sterk over de omtrek van de hals: in 1 richting zal de schaaf happen, in de andere richting lekker snijden. Afwerken met fijn schuurpapier. De uiteindelijke halsdikte incl. toets: 23mm bij fret 1 en 23.8mm bij fret 11.

Toets radius

Toets radius schuren

De radius van de toets wordt geschuurd met behulp van een schuurblok (radiusblok), voorzien van de juiste ronding (zie "Hulpmiddelen"). Begonnen wordt met grof schuurpapier korrel 80. Omdat de hals breed uitloopt, wordt niet overal evenveel materiaal weggeschuurd. Als eenmaal de toets op 1 plek helemaal 'rond' is (te zien aan het dof worden van de 'top' in het midden), moet die plek met rust gelaten worden. Als de toets overal de juiste radius heeft, en volkomen recht is, wordt met steeds fijner schuurpapier het hout echt glad gemaakt, uiteindelijk met polijstpapier 1200.

.

Frets aanbrengen

Jim Dunlop 6190 afmetingenDe fretdraad die gebruikt wordt is Jim Dunlop 6190

Afmetingen:
A= 2.390mm
B= 2.130mm (kroonbreedte)
C= 0.740 mm (stud=uitsteeksel of barb/tanden)
D= 0.510mm (tang=lip/baard breedte
E= 0.99mm (kroonhoogte) 1.2mm in praktijk
Diepte sleuf (A-E)=1,4mm

 

Frets inhameren

Voordat kan worden begonnen met het inhameren van de frets, moeten de fretsleuven op diepte worden gecontroleerd, en zo nodig worden verdiept (1.8mm, zie boven: 1.4 + speling).

Doordat het fretdraad is voorgebogen in een iets kleinere radius dan de toetsradius, gaat het inhameren van de frets erg gemakkelijk.

Begin met 3-kantig vijltje door de top van de gleuf te halen, waardoor de fret zonder haperen ingeslagen kan worden. Laat de overkant 0.5cm oversteken, en hamer (met een plastic hamer) de fret van achter naar voren in de gleuf. Knip de voorkant af, en herhaal dit voor alle frets. Er wordt steeds een fret overgeslagen, om de volgende reden: als blijkt dat de hals krom gaat staan, veroorzaakt door de spanning vanwege te krap gezaagde gleuven, kunnen de overige gleuven alsnog wijder gemaakt worden, en zo de 'schade' beperkt gehouden. Als laatste worden alle uiteinden afgeknipt met de kopkniptang.

Fretuiteinden afwerken

Alle uitstekende stukken worden afgeknipt, en vervolgens gevijld tot er niets meer uitsteekt. Voor het schuin afwerken van de uiteinden is een hulpmiddel gemaakt: een klosje met daarin onder een hoek van 35° een vijl geklemd. Dit geheel wordt langs de uiteinden heen en weer gehaald, totdat de toets iets geraakt wordt. De scherpe randjes worden vervolgens nog weggewerkt met een kroonvijl.

Positiestippen op zijkant toets

Positiestippen aanbrengen

De positiestippen op de zijkant worden afgetekend, voorgeprikt en met een 2mm boortje uitgeboord. Gelijmd wordt met zwarte secondenlijm, omdat dit uitgebroken splintertjes van het boren mooi camoufleert in het zwarte hout.

Wig aanbrengen

Wigvormige opvulling onder toets

Door de hoek die de hals maakt met de kast, ontstaat er een wigvormige sleuf onder de toets vanaf de kast tot het klankgat. Deze wordt opgevuld met een wig, gemaakt van reststukjes van het toetshout.

De ruimte bij het klankgat is 1.9mm, de wig krijgt dus een verloop van 0 naar 1.9mm. Omdat de rozet doorloopt onder het fretboard, staat het in dit geval mooier als het laatste stukje "zweeft", waardoor een deel van de rozet zichtbaar blijft. Daarom loopt de wig niet helemaal tot het einde, maar tot de laatste fret.

Halshoek controleren

Om de halshoek te controleren wordt de hals bevestigd en de brug op de kast gelegd. De halshoek bepaalt uiteindelijk de hoogte van de snaren, oftewel de 'actie'. Op dit moment moet de rei die op de toets wordt gelegd ongeveer 1mm boven boven de rand van de brug uitkomen. De afwijking wordt gecorrigeerd door de hiel aan te passen.

Topkam maken

snaarhoogte aftekenen

De topkam wordt met een vijl en vervolgens fijn schuurpapier in de lengte en breedte passend gemaakt. Een lijn wordt getrokken in het verlengde van de top van de 2 laatste frets mbv een half potlood. De voorlopige snaarhoogte wordt 1mm hoger dan deze lijn.

Snaarsleuven voor de 4 bassnaren worden afgetekend op de kam

M.b.v. een malletje waarop de snaarafstanden zijn geprint (zie tabel) worden met een driehoekige vijl de juiste plaatsen overgebracht op de kam.

 

Met vijlen worden de gleuven globaal op diepte gebracht. De breedte van de gleuven wordt iets groter gemaakt dan de snaardiameter: dit zorgt ervoor dat de snaar beter glijdt bij het stemmen, zonder dat deze gaat rollen. Na opzetten van de snaren moet en de sleuven nauwkeurig op diepte worden gemaakt. Met een capo op de 1e fret worden met voelermaatjes de snaarhoogtes op de volgende fret opgemeten: E:0.45, A:0.4, D:0.3, G:0.25mm. Dit zijn ook de gewenste snaarhoogtes bij de eerste fret. De kam kan worden gevijld terwijl hij op zijn plek zit, maar ik vind het handiger om dit in de bankschroef te doen: geen risico op beschadigen van kop en/of hals bij het vijlen. Wel vergt dit een extra meting: ook de huidige snaarhoogte moet worden gemeten, zodat berekend kan worden hoeveel er gevijld moet worden, cq over moet blijven. Als alles op diepte is, wordt de bodem van de gleuven zwart gemaakt met een potlood. Onder een hoek van ca 20 graden worden de gleuven schuin naar achteren gevijld, op de voorste 2mm na: dit is goed te zien aan het overblijvende potloodzwart.

Als laatste wordt de kam in model gevijld en daarna glimmend geschuurd met korrel 800, 1500 en 2000.

 

{gotop}

<  Profileren    Bindings en Randinlay  >